Lawson vond overstap naar F1 niet enorm: 'Je blijft net zo hard je best doen'

Vorig jaar debuteerde de 22-jarige Liam Lawson voor het eerst in de hoogste klasse van de autosport. De Nieuw-Zeelander mocht maar liefst vijf keer invallen voor VCARB-rijder Daniel Ricciardo. Lawson wist een goede indruk achter te laten, maar het bleek niet genoeg voor een vast stoeltje in 2024. Wel is hij dit seizoen reserverijder voor Red Bull Racing en dochterteam VCARB. In de Mind, Set, Win-podcast vertelt Lawson nu over zijn ervaring in de Formule 1.

Volgens de Nieuw-Zeelander was de overstap naar de Formule 1 niet enorm. 'Het is veel sneller, maar je racet tegen andere coureurs en je blijft net zo hard je best doen om zo snel mogelijk te gaan', vertelt Lawson. In 2023 begon de 22-jarige coureur in de Super Formula en in datzelfde jaar maakte hij zijn debuut in de Formule 1. In Singapore wist Lawson zelfs zijn eerste twee punten te behalen.

Als Nieuw-Zeelander in de Formule 1

Lawson lijkt niet verrast te zijn door hoe het is om in de hoogste klasse te rijden. 'Wanneer je in de auto zit en de lampen uitgaan, dan is het net als alle andere races en elke andere situatie waar je eerder in hebt geracet. Vanaf karten tot de eerste races in single-seaters', licht hij toe. Wel voegt de coureur daaraan toe dat niet alles in de Formule 1 hetzelfde is als in de andere raceklassen. 'De procedures en de media-aandacht, daar kon ik me niet op voorbereiden', geeft Lawson toe.

Natuurlijk had Lawson graag gezien dat hij zich als vaste rijder bij een van de Formule 1-teams had kunnen aansluiten dit seizoen. Toch prijst hij zichzelf gelukkig met zijn functie als reserverijder. 'Het is soms wel een frustrerend, maar ik kan er ook wel van genieten', zegt hij. Met name het feit dat hij uit Nieuw-Zeeland komt speelt daarin voor hem een rol. 'Wetende dat het heel lastig is om als Nieuw-Zeelander hier te komen moet ik mezelf er aan herinneren hoe groot deze kans is.'

Lawson heeft gelijk dat in de geschiedenis van de Formule 1 Nieuw-Zeeland maar amper gepresenteerd is op de baan. Sinds het begin van de raceklasse in 1956 hebben maar tien Nieuw-Zeelandse coureurs het zo ver kunnen schoppen. Wel werd een van hen, Denny Hulme, in 1967 wereldkampioen. Om als kiwi de topklasse te kunnen bereiken, moet je barsten van zelfvertrouwen, vindt Lawson. 'Toen ik in de karts reed vertelde ik mijn vader altijd dat ik F1 wilde bereiken. Naarmate je ouder wordt, word je wat realistischer en denk je dat het misschien niet lukt, maar ik had dat nooit.'

Kritiek van anderen heeft Lawson zich dan ook nooit persoonlijk aangetrokken. Sterker nog, veel van de woorden gingen 'het ene oor in en het andere oor uit', vertelt Lawson. 'Mensen vertelden mij dat ik realistisch moest zijn, dat ik niet goed genoeg was of dat ik te weinig geld had, maar ik geloofde in mijzelf. Ik bleef doorgaan.'