Alpine zet vol in op 2022: 'Pijnlijk, maar het is de juiste beslissing'

Alpine gelooft er heilig in dat het de juiste beslissing heeft gemaakt om de aandacht te richten op het Formule 1-seizoen van 2022. De Franse renstal had eigenlijk een hagelnieuwe krachtbron willen introduceren voor het huidige kalenderjaar, maar had daarvoor de middelen niet. Alpine, dat nu nog rijdt met een krachtbron uit 2019, kampt met een fikse motorische achterstand ten opzichte van de concurrentie. Volgend jaar verwacht het team echter terug te slaan.

Dit vertelt Marcin Budkowski, uitvoerend directeur van Alpine, ten overstaan van Motorsport.com. 'We zitten niet in een ideale situatie, omdat we de introductie van de nieuwe krachtbron moesten uitstellen. We hadden de middelen niet om het gelijktijdig te werken aan de ontwikkeling van de motor van dit seizoen én die van 2022. We besloten daarom om ons volledig te richten op de motor van 2022. Een strategische keuze. Het is in mijn ogen de juiste beslissing, ook al is het pijnlijk.'

Budkowski noemt de situatie 'pijnlijk' omdat Alpine een duidelijke achterstand heeft op concurrerende motorleveranciers Mercedes, Ferrari en Honda – welke ieder ook leveren aan meerdere teams. 'We zijn flink wat terrein verloren dit jaar. Het is namelijk een motor uit 2019 die we gebruiken, als gevolg daarvan hebben de tegenstanders winst geboekt waar wij dat niet konden. Daardoor is het team in een kwetsbare positie terechtgekomen.

De Poolse ingenieur wil de details over de onderlinge verschillen tussen de motoren niet kwijt. 'We hebben een competitieve analyse gedaan die ons een aardig idee heeft gegeven hoe we tegen elkaar opwegen op het gebied van vermogen, maar ook op het gebied van energie management, gewicht en verpakking van het pakket.' Budkowski gelooft dat de nieuwe motor in ieder opzicht een vooruitgang zal zijn. 'We hebben verbeteringen aangebracht aan de stuwkracht en het management van de energie, eigenlijk de gebruikelijke aspecten die voor meer snelheid zorgen. De motor heeft ook een nieuwe architectuur om bepaalde zwaktepunten aan te stippen.'

Uitlaatproblemen en penalty's

Alpine was ondanks de verouderde krachtbron toch in staat om een Grand Prix te winnen. In een knotsgekke race in Hongarije kwam Esteban Ocon na 70 ronden als beste uit de bus door Sebastian Vettel en Lewis Hamilton achter zich te houden. De Fransman kreeg hierbij de nodige hulp van teamgenoot Fernando Alonso. 2021 was echter allesbehalve rozengeur en maneschijn voor Alpine, dat halverwege het jaar de vijfde plaats bezet in het constructeurskampioenschap en een kleine 100 punten achter Ferrari en McLaren staat. Daarbij kampte het team uit Enstone ook met uitlaatproblemen. 'We konden maar een beperkt aantal kilometers maken om falen te voorkomen.'

In de tussentijd heeft Alpine van alles geprobeerd om het uitlaatprobleem op te lossen. Het lek lijkt inmiddels boven, maar de schade is al geleden: het team heeft het maximaal toegestane aantal al verbruikt en kijkt in geval van vervangingen dus tegen straffen aan. 'We zijn daarom nu heel erg bezig met het managen van de huidige pool', vervolgt Budkowski. We mogen per jaar per auto maar een bepaald aantal uitlaten gebruiken, dus we moeten het gewoon managen. Als we ze slim gebruiken in de verschillende sessies, kun je het meest efficiënt met je pool omgaan.'

Budkowski kruist dan ook zijn vingers om eventuele penalty's en gridstraffen te vermijden. 'Als het goed is hoeven we geen penalty's te incasseren, maar we hebben er zeker al meer gebruikt dan we hadden gewild. Daardoor zijn we nu kwetsbaar. We hadden aan het begin van het jaar wat nieuwe varianten geïntroduceerd en we geloven dat we het probleem nu hebben opgelost, dus hopelijk is het goed zo.'