Wolff gelooft niet in herhaling van 2014, waakt voor onderschatting klantenteams

Kenners verwachten dat Mercedes in 2026 de beste motor zal hebben, maar zelfs als die bewering klopt, zal dat niet meteen betekenen dat de renstal uit Brackley gaat domineren. Dat zegt teambaas Toto Wolff althans. De 53-jarige Oostenrijker stelt namelijk dat er een wezenlijk verschil is ten opzichte van 2014, toen Mercedes oppermachtig was.

In 2014 ging het hybridetijdperk van start en het was meteen duidelijk dat Mercedes de beste krachtbron had weten te bouwen. De Duitse renstal won in het eerste seizoen met de nieuwe regels meteen zestien van de negentien races. In de daaropvolgende jaren bleef Mercedes een voorsprong houden, maar Wolff stelt dat er vanaf 2026 niet zonder meer weer sprake van zal zijn van dergelijke successen.

'We hadden toen vanaf het begin een voordeel met de motor', wordt de Mercedes-teambaas geciteerd door Motorsport.com. 'Maar bij het chassis was er geen concurrentie.' Dat is nu wel anders, want McLaren is dit seizoen de dominante factor, maar de renstal uit Woking is 'slechts' een klantenteam van Mercedes. Het is volgens Wolff dus niet gezegd dat Mercedes, zelfs als het team over de beste krachtbron kan beschikken, het sterkste team zal zijn.

De Oostenrijker rekent ook in 2026 weer op een sterk McLaren en ook de andere 'Mercedes-teams' zijn wat hem betreft niet kansloos. 'Alpine en Williams mogen ook niet onderschat worden, omdat zij veel extra windtunneltijd hebben', doelt Wolff op het feit dat beide teams dit jaar lager zullen eindigen dan Mercedes en dat betekent dat zij op basis van de regels meer uren in de windtunnel door kunnen brengen.

De tekst gaat verder onder de afbeelding.

Gevaar van klantenteams

Vooral Alpine zou wel eens een groot voordeel kunnen hebben vanwege de lage positie in het constructeurskampioenschap. De Franse renstal staat voorlopig met 20 punten stijf onderaan. Haas staat één plekje hoger, maar wist inmiddels al wel 44 punten te verzamelen. Het heeft er dus alle schijn van dat Alpine op de tiende en laatste plaats gaat eindigen, maar met het oog op 2026 hoeft dat nog helemaal niet zo verkeerd te zijn.

'Als je in een kampioenschap zo ver achterligt als Alpine nu, dan krijg je, denk ik, zo’n dertig procent meer windtunneltijd. Dat stapelt zich over de jaren op, dus daar moet je voorzichtig mee zijn', stelt Wolff, die beseft dat de focus vooral op het chassis moet liggen. 'We hebben een competitief chassis nodig, want al onze klanten gebruiken dezelfde motor', aldus Wolff. Op dat vlak kan de Duitse renstal dus geen verschil maken ten opzichte van zijn klantenteams.

Dat Mercedes een fabrieksteam is, heeft volgens Wolff nauwelijks voordelen. 'Het is tot op zekere hoogte een voordeel, omdat je de richting bepaalt voor het hele concept. Maar als het chassis tekortschiet, doordat je niet genoeg neerwaartse druk genereert, te veel luchtweerstand hebt, openingen over het hoofd ziet of innovaties mist, dan val je terug', legt de Oostenrijker uit. Daarnaast kan er door het budgetplafond op financieel gebied ook geen enorm verschil meer worden gemaakt. 'Met geld kun je niemand meer onder druk zetten. Dat was voor de drie grote teams altijd een soort ‘verlaat-de-gevangenis-zonder-te-betalen-kaart’, maar dat werkt niet meer', aldus Wolff.