Allison vreest voor concurrentie: 'Hebben we genoeg gedaan om de performance terug te halen?'

James Allison is tevreden met de W12. De technisch directeur bij Mercedes ziet dat het team voor het grootste deel dezelfde auto meeneemt naar 2021, hoewel er volgens hem wel grote aanpassingen zijn gedaan aan de engine-cover, de sidepods en de overige structuur van de bolide. Allison geeft aan dat hij vooral bang is dat de concurrentie flink is ingelopen op Mercedes.

‘De nieuwe bolide is net als een oude vriend die is teruggekeerd. De auto is onderhuids zeer vergelijkbaar met zijn voorganger: de structuur van de versnellingsbak en het chassis zijn voor het grootste deel hetzelfde gebleven’, legt Allison uit tijdens de aankondiging van de Mercedes W12 E-performance. Toch zijn er een paar belangrijke verschillen volgens de technisch directeur.

‘Zoals je kan zien heeft de sidepod bijvoorbeeld een nieuwe bobbel en zijn er verschillende aanpassingen gedaan aan de engine-cover. Daarnaast heeft onze motorenpartner HPP-performance goed werk afgeleverd, waardoor we met de krachtbron iets sterker zullen aantreden’, gaat Allison verder.

W12 op aerodynamisch vlak flink verbeterd

Volgens de technisch directeur, voormalig werkzaam bij Ferrari, is alles op aerodynamisch vlak iets beter geworden. Daarom wil Allison ook nog niet alles laten zien van de auto, zoals bijvoorbeeld de aanpassingen aan de vloer. Die zouden volgens hem namelijk nog wel eens cruciaal kunnen zijn voor het team. ‘We willen niet dat onze concurrenten deze nu al kunnen kopiëren, we weten namelijk dat de concurrentie met ons meekijkt vandaag’, vertelt Allison. ‘We hebben geprobeerd zo veel mogelijk downforce te genereren en we willen vooral dat de onderdelen op de auto zolang mogelijk blijven leven. Dan blijven we makkelijker binnen het budgetplafond.’

Toch is Allison vooral angstig voor de concurrentie, gezien de reglementen toch wel flink veranderd waren voor het komende seizoen. ‘We zijn wel een beetje zenuwachtig voor het komende seizoen, want de vraag is vooral of we wel genoeg hebben gedaan aan onze bolide’, sluit Allison af.