Budgetplafond niet reden van prestaties Mercedes: 'Je legt een probleem bloot en er zit nog iets onder'

Toto Wolff verklaart dat de beperkingen van het budgetplafond niet de reden waren van de mindere prestaties van Mercedes in 2022. De wagen van het Duitse team had veel last van porpoisen en de teambaas verklaart dat dit probleem moeilijk op te lossen was doordat het probleem laag voor laag ontleed moest worden. Voor komend jaar heeft Wolff echter betere verwachtingen voor Mercedes.

De beperkingen van het budgetplafond waren niet de reden achter het langdurige probleem van het porpoisen. Het team had het zonder beperkingen volgens Wolff niet eerder kunnen oplossen. 'Dat had geen enkel verschil gemaakt', begint de teambaas in de Beyond The Grid-podcast. 'Omdat het ons niet ontbreekt aan de vaardigheden, de tools of de tijd. Het had meer te maken met het feit dat we het probleem laag voor laag moesten ontleden om de oorzaak te identificeren. Zonder budgetplafond zou niks anders geweest zijn, is Wolff eerlijk.

Wolff: 'We veranderen veel aan de lay-out van de auto'

Volgens de Oostenrijker was het porpoisen moeilijk om op te lossen, dankzij meerdere problemen waar het team met de W13 tegenaan liep. 'We geloven dat we het onderliggende probleem hebben opgelost dat stuiteren veroorzaakte', denkt Wolff. Het duurde afgelopen seizoen redelijk lang voordat de Mercedes weer beter ging, Voor 2023 heeft het team daarentegen betere verwachtingen. 'We zouden niet alles hebben kunnen doen met de auto van 2022. Daarom denken we dat het volgend jaar gemakkelijker zal zijn.'

Ook geeft de teambaas van Mercedes aan dat de auto van 2023 anders zal zijn dan die van afgelopen seizoen. 'We veranderen veel van de architectuur en lay-out van de auto en dat zou ons in de juiste richting moeten leiden', voegt de vijftigjarige eraan toe. 'Maar zoals het is met deze nieuwe regels: soms leg je een probleem bloot, en dan realiseer je je dat er nog een onder zit. We moeten nederig blijven en niet het gevoel ontwikkelen dat we vanaf het begin zullen winnen', eindigt de teambaas.