Buxton stellig: 'Italië verwacht dat Ferrari in 2021 in de goede richting wijst'

Will Buxton blikt terug op een veelbewogen racejaar waarin Ferrari steken liet vallen en Pierre Gasly en Sergio Perez opvielen. Het seizoen van 2020 werd gekenmerkt door het coronavirus en kende daardoor een krappe racekalender met veel circuits kort achter elkaar. Ondanks dat heeft Buxton genoten van het seizoen en er vielen dan ook een aantal zaken op bij de analist.

'Toen duidelijk werd dat Ferrari in 2020 zou worstelen, werd de strijd om de derde plaats bij de constructeurs een fascinerend verhaal dat ons in de ban hield van Oostenrijk tot Abu Dhabi', begint Buxton, als hem wordt gevraagd naar zijn favoriete verhaal van 2020. 'Het had McLaren, Racing Point of Renault kunnen zijn, maar ik denk dat McLaren het het meest verdiende. En het zien van de constante dreiging van AlphaTauri en het opduiken van Ferrari op een flink aantal podia hield het gevaar levend.'

'Perez had nog steeds zijn beste seizoen ooit'

Daarnaast zag Buxton een aantal coureurs erbovenuit steken. 'Het is natuurlijk moeilijk om Lewis niet te benoemen, maar de twee opvallende sterren van 2020 waren voor mij de eerste twee winnaars: Gasly had een seizoen van ongelooflijke consistentie en altijd aanwezig tempo, Perez vocht ondertussen tegen corona, miste races, werd uit Racing Point gezet en had nog steeds zijn beste seizoen ooit. Ze waren allebei fenomenaal', aldus Buxton tegenover de officiële site van Formule 1.

Voor 2021 weet de Brit een paar verbeterpunten te noemen. 'Ferrari, Valtteri Bottas en Lance Stroll. Italië verwacht, ondanks enorme veranderingen in het beheer, dat Ferrari in 2021 in de goede richting wijst. Valtteri heeft mogelijk een versie 4.0 nodig voor 2021 nadat het de consistente uitdaging niet is aangegaan die nodig is om Hamilton af te zetten. Hij twijfelt er nu ook niet aan dat George Russell zijn plaats kan en zal innemen als hij zich niet bewijst. En Lance Stroll moet het beter doen. Hij had een goed begin van het jaar, maar liet het aan het einde allemaal achterwege', sluit Buxton af.