Voorbeschouwing IndyCar met Arie Luyendyk | 'Niet normaal om te zien hoeveel potentie VeeKay heeft'

Het is aftellen geblazen voor de start van het nieuwe IndyCar-seizoen, dat dit weekend aanvangt op het Barber Motorsports Park. Alles wijst erop dat het een jaar vol spektakel gaat worden. Om ervoor te zorgen dat je goed voorbereid voor de buis kunt gaan zitten, heeft F1Maximaal voor deze tweedelige voorbeschouwing de hulp ingeschakeld van tweevoudig Indy 500-winnaar Arie Luyendyk. Deel twee staat geheel in het teken van Rinus 'VeeKay' van Kalmthout en zijn tweede jaar in de sport.

Rinus van Kalmthout heeft nagenoeg alle verwachtingen waargemaakt in zijn debuutseizoen. De Pro Mazda-kampioen (2018, red.) en runner-up in de Indy Lights (2019, red.) heeft de ladder naar de top met verve beklommen en bewees bij aankomst dat hij wel degelijk uit het juiste hout is gesneden om het te redden in de IndyCar, al gingen er een paar missers aan vooraf. Beginnende aan zijn tweede jaar in de discipline verwacht Luyendyk dan ook een meer zelfverzekerde VeeKay te zien. 'Het maakt natuurlijk heel veel verschil dat je op een circuit aankomt waar je al eens geweest bent. Dan kun je bouwen op de ervaring die je hebt. Dat is alleen maar een bonus voor hem.'

'Hij is nog aan het groeien', vervolgt de zevenvoudig IndyCar-racewinnaar. 'Hij zal echt niet minder gaan dan vorig jaar, hij zal het alleen maar beter doen.' Leermeester Luyendyk stelt ook dat de samenwerking tussen VeeKay en zijn team, Ed Carpenter Racing, dit jaar weer soepeler zal verlopen – iets wat de prestaties en resultaten alleen maar ten goede moet komen. 'Het team presteert beter dan voorheen. Neem bijvoorbeeld de pitstops of de strategie, dat was geen krachtpunt, maar af en toe lieten ze toch heel goede of slimme dingen zien, waardoor hij wat plaatsen heeft kunnen winnen in de race.'

De pitcrew van Ed Carpenter Racing slaat aan het werk aan de #21 van VeeKay, hier in actie te zien tijdens zijn eerste Indy 500. (Foto: Rinus VeeKay PR)

ECR en VeeKay kwamen na een succesvol eerste jaar samen tot de conclusie het partnerschap voort te zetten. Hoewel de twintigjarige coureur uit Hoofddorp daarmee geen stoeltje heeft bij een van de absolute topteams (Chip Ganassi Racing, Team Penske, etc, red.) van de IndyCar, moet de continuïteit mede helpen zijn positie in de sport te versterken. Daarbij weet VeeKay dat teambaas Ed Carpenter wel een oog heeft voor talent. Josef Newgarden gooide halverwege het vorige decennium hoge ogen bij het team alvorens hij werd opgepikt door de grootmacht van Roger Penske, met wie hij sindsdien twee kampioenschappen heeft gewonnen.

De kalme stem in het hoofd van VeeKay

De rust en kalmte in het hoofd van VeeKay om geen overhaaste en mogelijk carrière vernietigende beslissingen te maken is hem niet komen aanwaaien. 'Er wordt vaak gezegd dat ik Rinus' coach ben, maar dat is helemaal niet zo', merkt Luyendyk op. 'Ik sta hem wel bij met heel veel advies, maar ik zit niet bij hem op de engineer's trailer om alles door te nemen gedurende een weekend. Dat doet Dario Franchitti (drievoudig Indy 500-kampioen, red.) bijvoorbeeld wel bij het team van Chip Ganassi. Vorig jaar hielp hij Marcus Ericsson en Felix Rosenqvist, die dit jaar vervangen wordt door Alex Palou.'

'Ik doe dat zelf niet', legt de meervoudig Indy 500-winnaar uit. 'Ik geef Rinus goede raad. Niet zozeer qua rijden, maar meer over zijn carrière en de juiste keuzes maken: welke teams het overwegen waard zijn en met welke mensen hij zou kunnen werken.' Wil je het maken in de IndyCar, of de autosport in zijn algeheel, dan zijn bezigheden naast de baan welhaast zo belangrijk als je prestaties op de baan. Luyendyk vindt het daarom belangrijk om VeeKay wegwijs te maken in de sport. De oud-coureur wil zijn pupil immers niet zien worden opgeslokt door de valkuilen die hij in zijn eigen loopbaan is tegengekomen.

Luyendyk gaat op de foto met VeeKay na diens Indy Lights-zege in de straten van St. Petersburg. Het is de eerste van zes overwinningen dat jaar op weg naar de tweede plaats in het kampioenschap direct onder de IndyCar. (Foto: Rinus VeeKay PR)

Daarbij komt dat Luyendyk tot de conclusie is gekomen dat hij zich prestatietechnisch geen zorgen hoeft te maken over de ontwikkelingen van VeeKay. 'Ik hoef hem qua rijden niets bij te brengen, dat doet hij heel goed. Natuurlijk is Rinus wel jong en is hij nog steeds ervaring aan het opdoen, maar met de jaren zal hij alleen maar beter worden.' Het is duidelijk dat de geboren Zeeuw een hoge pet op heeft van zijn landgenoot, maar de spreekwoordelijke oranje bril ontbreekt. 'Ik ben wel chauvinistisch, maar ik ben ook een realist – en het is realistisch om te zien hoeveel potentie Rinus heeft, dat is niet normaal.'

'Hij gaat vreselijk hard, ongeacht het circuit waar hij rijdt; of het nu een korte oval is of een stratencircuit, hij kan overal goed uit de voeten', constateert Luyendyk. 'Hij zal alleen maar profijt hebben van de ervaring die hij in zijn eerste jaar heeft opgedaan. Ik zie het daarom wel goed in wat betreft dit jaar.' VeeKay behaalde één podiumplaats, vier verdere top tien-finishes – waarvan twee op de oval van World Wide Technology Raceway – en een poleposition op weg naar de 'Rookie of the Year'-titel.

Pas op voor de hoge verwachtingen – het niveau is momenteel wel héél hoog

De bij vlagen zeer sterke vorm van VeeKay in zijn debuutjaar betekent volgens Luyendyk echter niet dat zijn pupil daarmee direct als een van de titelkandidaten van het seizoen 2021 gezien mag worden. 'Ik denk ook: pas op voor de hoge verwachtingen. Het niveau is momenteel namelijk heel hoog in de IndyCar. Er zijn nauwelijks slechte teams of rijders. Als je op een circuit een paar tienden verliest, sta je ineens achterin. Dat is het probleem. Het moet allemaal wel kloppen. Je moet goede tijden neerzetten in de kwalificatie. De verschillen zijn erg klein. Het kan zo zijn dat je 'maar' op de tiende plaats staat, op slechts drie tienden van de poleposition. Het is gewoon ontzettend competitief.'

VeeKay zelf is in ieder geval gebrand op succes, zoveel werd wel duidelijk na zijn vooruitblik op het komende seizoen. De Nederlandse coureur liet eerder dit jaar in een persconferentie weten dat hij erop mikt om iedere race bij de beste vijf te eindigen. VeeKay hoopt om voort te kunnen borduren op het momentum van zijn eerste podium en er nog meer te scoren. Krachtige woorden van het nog jonge talent. 'Hij heeft heel veel vertrouwen in zichzelf', ziet Luyendyk. 'Maar dat moet je ook wel hebben als coureur.'

VeeKay vliegensvlug door de snelle chicane van het infield-gedeelte van de Indianapolis Motor Speedway, het circuit waar hij in zijn debuutjaar in de IndyCar niet alleen zijn eerste poleposition maar ook zijn eerste podium pakt. (Foto: Rinus VeeKay PR)

VeeKay gaat een sterk jaar tegemoet

Luyendyk benadrukt eens te meer dat de IndyCar niet de klasse is waar zelfs de beste coureurs kunnen rekenen op gegarandeerd succes. 'Neem Scott Dixon, hij werd vorig jaar kampioen, maar had eigenlijk een matige tweede helft van het seizoen. Dan pas zie je hoe competitief de IndyCar is.' Na een formidabel openingssalvo van de nu zesvoudig kampioen, die de eerste drie races won, voelde de Nieuw-Zeelander de hete adem van rivaal Josef Newgarden in de nek. Newgarden won uiteindelijk meer races, maar moest de titel toch aan Dixon laten.

Bovenal probeert Luyendyk daarom de verwachtingen rondom het tweede seizoen van VeeKay te temperen. 'Het is niet zo dat Rinus straks elke wedstrijd vooraan zal rijden en ook nog gaat winnen. Hij zal af en toe echt wel vooraan rijden en regelmatig in de top vijf zitten, daar ben ik ook wel van overtuigd. Het probleem is dat een vierde of vijfde plaats niet als een goede prestatie wordt beschouwd, dat vind ik onterecht. Ik hoop zeker dat hij gaat winnen, hoe meer hoe beter, maar we moeten er niet te makkelijk over nadenken. Het is een ander verhaal dan in de Formule 1, waar Lewis Hamilton zo tien overwinningen in een jaar bijschrijft', concludeert Luyendyk.

VeeKay zal het weekend van 18 april zijn eerste kans van het jaar krijgen om daad bij woord te voegen, wanneer het IndyCar-circus afreist naar het Barber Motorsports Park voor de Honda Indy Grand Prix of Alabama. Het is de eerste van zeventien races die dit jaar op de kalender staan.

Door: Harry Verolme