Albers snapt mindere kwalificatie Verstappen: 'Ze hebben iets opgeofferd voor de race'

De Viaplay-analisten zien een aantal foutjes van Max Verstappen, die de reden zijn van zijn mindere kwalificatie. Wel stelt Christijan Albers dat de afstelling van de Nederlander meer gericht is op de race, waardoor hij op zondag mogelijk beter presteert. Verstappen eindigde als derde op zaterdag en start de race als tweede, dankzij een gridstraf van Charles Leclrec.

Giedo van der Garde snapt waarom Verstappen niet op pole staat in Austin, naar aanleiding van zijn kwalificatie. 'Het waren gewoon wel wat kleine foutjes. Zeker in zo'n laatste ronde dan weet je dat je hem in één keer moet nailen', vertelt hij. Toch lukte dat niet. 'Bij de eerste poging in Q3 maakte hij een foutje en ging rechtdoor, omdat hij de apex mist. Dan weet je dat je twee of drie tienden langzamer bent. Dan moet je zorgen dat je de laatste ronde zo goed mogelijk kan pakken', verklaart Van der Garde in de nabeschouwing van de kwalificatie bij Viaplay.

'Ze hebben de set-up iets veranderd'

Daarna volgde poging twee voor Verstappen. 'Hij ging agressief op het gas en het was zichtbaar dat hij veel overstuur had', vertelt Albers. Toch maakte Verstappen ook die ronde weer een foutje en miste hij de apex. 'Dat kan ermee te maken hebben dat de windrichting veranderde', geeft de analist als mogelijke reden. Dat is namelijk iets waar meer coureurs moeite mee hadden. 'Ook weten we dat Max altijd een late remmer is. Dan kan het fout gaan als je dan een beetje verandering in de windrichting hebt, doordat die opeens van de zijkant komt.'

Zondag start de coureur als tweede en dan zijn er mogelijk meer kansen voor Verstappen. 'Wat opviel was dat hij over de boordradio met GP (Gianpiero Lambiase, de engineer van Verstappen, red.) aan het communiceren was. Daar werd duidelijk gezegd dat ze iets opgeofferd hadden voor de race. Dus met de afstelling hebben ze iets veranderd, om mogelijk meer stabiliteit te krijgen of zodat de auto wat zachter is voor de banden. En dat komt ten goede voor de race', eindigt Albers, die goede verwachtingen heeft voor de race van de Nederlander.