Red Bull Racing moest vrijdag zowel Max Verstappen als Sergio Pérez aan de kant houden tijdens de eerste vrije training in Abu Dhabi en daarom mochten Jake Dennis en Isack Hadjar de honneurs voor het Oostenrijkse team waarnemen tijdens het eerste trainingsuur. Normaliter zetten de teams een jonge, talentvolle rijder in, maar Dennis is met zijn 28 jaar alleszins geen junior meer. Marko legt uit waarom Red Bull ervoor koos om de Formule E-kampioen in te zetten.
Alle Formule 1-teams zijn verplicht om twee keer per jaar een rookie te laten rijden tijdens een vrije training. Enkel AlphaTauri had voorafgaand aan het Grand Prix-weekend in Abu Dhabi al aan deze regel voldaan en omdat Red Bull als enige team nog geen enkele keer een rookie had ingezet, moesten Verstappen en Pérez de eerste training vanaf de pitmuur aanschouwen.
De overige acht teams moesten allemaal nog eenmaal een juniorcoureur inzetten en daarom kende VT1 maar liefst tien nieuwe gezichten. Formule E-kampioen Dennis was één van hen, maar de Brit is geen standaard rookie, zo zegt ook Marko. 'Jake (Dennis, red.) is geen juniorcoureur. Hij is al ver in de twintig', zegt Marko in gesprek met ORF. 'Maar hij is onze belangrijkste coureur in de simulator en het was voor hem belangrijk dat hij de simulator met de werkelijkheid kon vergelijken. Dan merk je ook snel dat hij al erg ervaren is.'
Meerdere wisselingen
Ook over het optreden van Hadjar, die vorige maand tijdens de Grand Prix van Mexico al eens in de AlphaTauri mocht stappen, was Marko zeer tevreden. 'Hij was uiteindelijk een tiende langzamer', vertelt de tachtigjarige Oostenrijker, die meteen ook nog op een wat minder prettige ervaring voor de jonge Fransman wees. 'Er was nog een gevaarlijke situatie met de Aston Martin (van Lance Stroll, red.), maar hij had ook een goed gevoel. We hebben ook meteen de hele groep aan engineers gewisseld. De data-ingenieur, en de race-ingenieur zaten voor het eerst op hun plek, en die communicatie is heel goed verlopen', noemt Marko, buiten een wisseling van de coureurs, ook nog enkele andere wijzigingen op.
Red Bull gaat voor nog een record
Red Bull heeft de titel bij de constructeurs al lang en breed binnen, maar achter de Oostenrijkers wordt er door Mercedes en Ferrari dit weekend in Abu Dhabi nog flink gestreden om de tweede plaats. Slechts vier punten scheidt de twee teams. Voor Red Bull staat er eigenlijk niks meer op het spel, maar dat betekent niet dat de renstal niet ook de laatste race van 2023 graag zou willen winnen.
Mocht Red Bull ook in Abu Dhabi winnen, dan heeft het team 21 van de 22 races in 2023 gewonnen. Daarmee zouden de Oostenrijkers op een winstpercentage van 95,5 procent komen. Dat is volgens Marko absoluut nog een doel voor Red Bull. 'Dat willen we wel pakken. Na zo'n seizoen wil je ook dat het in de laatste race nog optimaal loopt', aldus Marko.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties