Column | De hypocriete W-series zorgt voor ongelijke kansen en is geldverspilling Formule 1
Formule 1

Column | De hypocriete W-series zorgt voor ongelijke kansen en is geldverspilling

Column | De hypocriete W-series zorgt voor ongelijke kansen en is geldverspilling

De W-serie is dé raceklasse voor het vrouwelijk talent binnen de autosport. Met het relatief nieuwe kampioenschap, het zag het levenslicht in 2019, wil de FIA er voor zorgen dat talentvolle vrouwen gelijke kansen krijgen in de formulewereld. De gedachte is volledig terecht, maar de uitvoering is een belediging voor de zogenaamde gelijkheid die men probeert uit te stralen.

Via de W-series moeten vrouwen namelijk een grotere kans krijgen om de koningsklasse van de autosport te bereiken, maar is dat wel zo? Zonder deze raceklasse lukte het in ieder geval ook niet, want de laatste vrouw in de Formule 1 was Lella Lombardi die in, jawel, 1976 meereed in de Formule 1. Later, in 1992 reed ze nog wat kwalificaties, maar zonder succes. Gelijke kansen in de autosport zijn ver te zoeken en dat heeft met allerlei factoren te maken, maar de 'Formule W' lijkt meer een afsplitsing te zijn van de Formuleklassen dan een opstapklasse naar bijvoorbeeld de F1.

Formule W-bolides een lachertje

Als deze klasse voor vrouwen zogenaamd een grote kans moet zijn om door te stromen, schrik je al snel van de verschillen met bijvoorbeeld de Formule 2 en Formule 3. In de W-series rijdt het vrouwelijk talent in een bolide waarin een krachtbron zit die zo’n 270 paardenkrachten heeft. Dat is aardig, maar dit valt in het niet bij de F2 en F3-bolides, die respectievelijk 620 en 380 PK’s hebben. Het vermogen van de W-wagens is minder dan de F3, en net wat meer dan de Formule 4.

Over de kansen van een F4-coureur die in één keer de overstap maakt naar de F1 gaan we het niet eens hebben, want die kansen zijn er niet. Verwachten de FIA en de F1 dan dat een W-coureur wél die overstap kan maken? Oké, de W-bolides hebben wat meer vermogen dan een F4-bolide, maar het verschil van 270PK naar 1000PK in de koningsklasse is een gigantisch verschil. Hoe moet het vrouwelijk talent dan ooit kans maken op een zitje in de koningsklasse? De W-series moet toch dé opstapklasse zijn om vrouwen een kans te geven op hoger racegebied?

Vooral de afgelopen jaren met het We Race As One-programma in de F1 willen de hoge heren in de autosport gelijke kansen creëren voor alle talenten die deze mooie sport rijk is. Ik zou dan ook niets liever willen dan een vrouwelijk talent op de grid te zien in de nabije toekomst. De Formule 1 wil dit naar eigen zeggen ook, maar het lijkt er meer op dat ze de W-series gebruiken als een ‘waardig’ vervanger voor de kansen bij de vrouwelijke coureurs. En dat is hypocriet. Aan de ene kant straalt de autosport uit dat ze er álles aan doen om gelijke kansen te geven, maar in de praktijk drukken ze enorm goede vrouwelijke coureurs weg in een raceklasse waarin ze eigenlijk geen kans meer maken op promotie naar de koningsklasse.

Zorg voor meer kansen in de Formule 2 en 3

Waarom zou je vrouwelijk talent afsplitsen? Als we kijken naar de lagere raceklassen, zijn er vrouwen die prima mee kunnen komen met de mannen in de autosport. Neem als voorbeeld Jamie Chadwick, regerend W-kampioen. In het Formule Regional Europa-kampioenschap eindigde ze in 2020 als negende, en liet hiermee acht snelle mannen achter zich, waaronder Matteo Nannini. De Italiaan rijdt al twee jaar in de Formule 2, maar gooit geen hoge ogen.

Natuurlijk zit de oorzaak hierachter bij geld en sponsoren, maar daar ligt juist het probleem. De W-serie is een competitie waar enorm veel geld tegenaan wordt gesmeten, met als uitkomst een afzonderde raceklasse naast de Formule 1, wat niet zo veel kijkers trekt. En hier zit de grote fout van de betrokken partijen, want die miljoenen kunnen veel beter gebruikt worden. Wie tien minuutjes nadenkt komt al snel op een paar opties: zet een vrouwelijk team op in de Formule 2 en Formule 3, Zorg dat vrouwelijk talent in deze klasse betrokken wordt. Dit zijn namelijk niet voor niets de ‘Road to F1’ klassen. Niet de W-series, want deze auto’s liggen qua PK’s dichter bij een Renault Clio dan bij een Formule 1-bolide.

Druk vrouwelijk talent niet weg in een hoekje

Ik ben van mening dat een vrouw net zo veel racetalent kan hebben als de mannen in de racewereld, maar de kansen worden ontnomen door ze een andere richting in hun loopbaan te sturen. Zoals Sophia Floersch, een van de bekendste vrouwelijke coureurs ooit zei over de W-series: ‘Ik ben het totaal eens met deze oplossing. Vrouwen hebben langdurige steun en betrouwbare partners nodig. Ik wil concurreren met de beste van onze sport. Vergelijk het met de economie: hebben we een apart vrouwelijk managementteam nodig? Nee, dit is de verkeerde manier.’

En zo is het. Geef vrouwen meer kansen in de Formule 2, de Formule 3 en de ‘normale’ raceklassen richting de Formule 1. Steek het geld van de W-series in een aantal raceteams die vrouwelijke talenten een stoeltje geven tussen mannelijk talent, met een goede coach en gelijkwaardig materiaal. Alleen dan zie je dat er genoeg vrouwen zijn die stukken beter zijn dan andere mannen in de Formuleklassen. Op deze manier ben ik er van overtuigd dat we binnen een paar jaar meerdere vrouwen op de F1- grid zien. En wees eerlijk, dat zou fantastisch zijn.

Ik heb niks tegen een raceklasse met vrouwen, en ik vind het alsnog fantastisch om te zien hoe coureurs als Chadwick en Beitske Visser uitblinken in de vrouwelijke Formuleklasse, maar het is simpelweg niet de oplossing voor gelijkheid in de autosport. Dus, Formule 1 en FIA, doe er wat aan en na tientallen jaren zonder een vrouw in de F1, kunnen we zomaar een titelfavoriet zien die niet mannelijk is, zoals het altijd is geweest.

Door: Marnik Kok | m.kok@f1maximaal.nl

Plaats reactie

666

0 reacties

Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.

Bekijk alle reacties

Meer nieuws