Ergernis bij Binotto over Aston Martin: 'Dit blijkt voor ons een nadeel te zijn'

Mattia Binotto baalt van het feit dat Aston Martin geen ontwikkelingstokens in hoeft te leveren voor veel vernieuwingen aan haar auto. Ook in 2021 zal de Britse renstal weer voor de dag komen met veel Mercedes-materiaal van vorig jaar. Omdat het verouderde onderdelen zijn, mag Aston Martin deze onderdelen gratis 'upgraden', terwijl haar Italiaanse concurrent voor elke upgrade tokens neer moet leggen.

En dat is volgens de Ferrari-teambaas niet eerlijk: 'We moeten zwakke punten aanpakken en de auto aanpassen, hiervoor moeten wij tokens inleggen. Andere teams hoeven dat niet, wat voor ons een nadeel blijkt te zijn. Ik verwacht dan ook een veel sterkere concurrentie in 2021', stelt hij in gesprek met Speedweek. De beargumentering van de tegenpartij is dat het materiaal waarmee gereden wordt verouderd is en dat het dus per definitie een nadeel op zou moeten leveren ten opzichte van nieuw 2021-materiaal van de concurrenten.

Ferrari richt zich op 2022

Bij de renstal uit Maranello heeft men de prioriteiten op orde. Vanaf 1 januari mogen de teams de windtunnel in om te werken aan de bolide van 2022, het jaar na het aankomende Formule 1-seizoen. Binotto: '2022 is belangrijker dan 2021, dan gaan we immers een heel nieuw F1-tijdperk in en moeten we sowieso weer tot de koplopers van de sport behoren. Als je het 2022-seizoen met een achterstand begint, zal het in 2023 nóg moeilijker zijn om je weer vooraan te bevinden.'

De reden voor het belang van 2022 is dat de aerodynamische reglementen dusdanig op de schop gaan dat er voor alle teams mogelijkheden liggen. Daar wil Ferrari dan ook optimaal gebruik van maken, ook als het ten koste gaat van een succesvolle 2021-strijd: 'Ik ga er vanuit dat we de auto van volgend jaar alleen intensief zullen ontwikkelen als we echt een probleem hebben, of wanneer er zich een ontwikkelingsmogelijkheid voordoet die we ook in 2022 toe kunnen passen.'