In een sport waar duizendsten van seconden het verschil maken tussen poleposition en het middenveld zou je verwachten dat teams elke upgrade zo snel mogelijk op de auto schroeven. Met name in een spannende titelstrijd kan elke duizendste een verschil maken. Is de titelstrijd minder spannend, zoals in 2025, dan biedt dat de mogelijkheid tot andere tactieken. Daarom ook kiest McLaren dit jaar voor een andere, toch redelijk onorthodoxe upgradestrategie.
De leiders van het constructeurskampioenschap brengen dit jaar namelijk zeer regelmatig upgrades mee naar weekends, test ze uitgebreid op vrijdag, en besluit ze vervolgens pas weken later daadwerkelijk in te zetten. Dit is zeer ongebruikelijk, want wanneer de eerste runs met nieuwe onderdelen positieve signalen afgeven, worden deze doorgaans in hetzelfde weekend van de introductie ingezet in de race. McLaren doet dit dit jaar niet.
Lees ook
Palmer blijft bij zijn mening over remactie Piastri: 'Verstappen doet dat geen tweede keer'
Silverstone als meest recente casus
De afgelopen wedstrijd op Silverstone is het meest recente voorbeeld van McLarens unieke strategie. Het team uit Woking bracht een nieuwe vloer mee die ze evalueerden in de eerste vrije training, maar die ze bewust niet de rest van het weekend zouden racen. Ze testten het onderdeel enkel om een vroege indicatie te krijgen van hoe het onderdeel presteerde, zo stelde teambaas Andrea Stella.
Wel benadrukte hij dat het volgende Grand Prix-weekend een sprintrace bevatte, en dat het in dat soort weekenden lastiger is om nieuwe onderdelen te testen. De reden hiervoor is dat de teams gedurende dit soort weekenden slechts één testsessie hebben. McLaren koos dus voor geduld, wat zich in het volgende race-weekend uit zal moeten betalen.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.

McLaren doet dit vaker
Silverstone was slechts het nieuwste hoofdstuk in een consistente McLaren-tactiek die ze in 2025 door hebben getrokken. In Oostenrijk raceten ze met een nieuwe voorvleugel die ze twee weken eerder in Canada testten. De voorvleugel complementeerde de vernieuwde ophanging, maar werd dus weer niet meteen ingezet.
Gedurende het Spaanse Grand Prix-weekend werd hun nieuwe verstevigde voorvleugel, gericht op het doorstaan van de FIA's strengere controles op flexi-wings, twee weken eerder al kort getest tijdens de een van de vrije trainingen in Imola. Ga je terug naar de Grand Prix van Saudi-Arabië in april, dan zie je dezelfde tactiek. Destijds testte McLaren een wijziging aan de diffuser, en, je raadt het al, ze raceten er op zondag niet mee.
Deze benadering van upgrades meebrengen maar er niet meteen mee racen, is eigenlijk nog niet toegepast in de moderne Formule 1. Traditioneel geldt de regel: als er snelheid op tafel ligt, pak je die onmiddellijk. McLaren heeft bewust gekozen voor een andere filosofie, namelijk een die draait om discipline en kalmte. Gretig naar die extra tienden zijn ze immers niet wanneer ze de onderdelen zo rustig en gefaseerd brengen. Kortetermijnopportunisme is er niet.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.
Het is een interessante en gedisciplineerde aanpak, iets dat een kenmerk is geweest van de vooruitgang die McLaren de afgelopen jaren heeft geboekt om zichzelf naar de top van het veld te knokken. Deze methodische aanpak staat haaks op de gebruikelijke hectische upgraderace waarin teams zich gewoonlijk bevinden. Een uitstekend voorbeeld hiervan zagen we in 2021, toen Mercedes en Red Bull Racing elke zoveel weekenden weer met iets nieuws kwamen. Deden ze dit niet en het andere team wel, dan wisten ze dat ze de race waarschijnlijk zouden verliezen.
De wetenschap achter het wachten
McLarens technisch directeur Neil Houldey heeft al eens toegelicht waarom er logica zit in deze aanpak, stelt The Race. Houldey denkt dat de Formule 1 in een periode van marginale tijdswinst beland is, waarin de meegenomen upgrades qua rondetijd heel erg weinig verschil maken, maar meer qua gevoel in de auto een effect kunnen hebben, en op facetten van de sport als bandenslijtage. Het primaire punt waar de teams nog altijd naar kijken, is of de resultaten op het circuit stroken met wat ze in de data van de windtunnel zien.
Daarnaast zijn de wijzigingen die aangebracht worden in sommige gevallen niet eens voelbaar vanuit de cockpit. Dan kan je dus al niet op de feedback van de coureur rekenen. Bovendien zijn er factoren die per weekend verschillen, zoals de hoeveelheid rubber op de baan, bandenslijtage en buitentemperatuur. Enkel een grondige analyse in de fabriek kan dus met zekerheid uitwijzen of een upgrade ook echt positief bijdraagt aan het gehele pakket. Die analyse voltooien ze niet in hetzelfde raceweekend als waarin ze data verzamelen.
Lees ook
Bleekemolen weet wel wie er plaats zou moeten maken voor Verstappen: 'Dat is echt Wolffs vriendje'
McLaren met kop en schouders boven de rest uit
McLaren kan zich deze luxueuze aanpak veroorloven omdat ze 's weekends een fatsoenlijke competitieve marge houden over de rest van het veld. Dan kan je dus ook de dingen doen op de manier zoals je het wil. McLaren hoeft niet wanhopig Red Bull, Mercedes of Ferrari na te jagen, dus die extra tienden of honderdsten zijn ook niet zó hard nodig.
Het team loopt geen risico om het kampioenschap te verliezen wanneer het een of twee Grands Prix een upgrade laat liggen waar ze niet zeker van zijn. Deze comfortabele positie geeft McLaren de vrijheid om methodisch te werk te gaan. In plaats van grote upgrades brengen ze nu 'opties' - verschillende circuits zullen verschillende hoeveelheden performance bieden, en ze zullen die bij elk evenement inruilen terwijl ze verder gaan.
Hoe Red Bull en Mercedes dit deden
Deze McLaren-aanpak staat in schril contrast met hoe historische dominante teams zoals Red Bull en Mercedes te werk gingen tijdens hun gloriejaren. Red Bull was onder Adrian Newey beroemd om het agressieve upgradetempo, waarbij elke verbetering meteen werd geïntroduceerd. Mercedes volgde in hun hybridetijdperkdominantie (2014-2020) een vergelijkbare filosofie van continue, directe implementatie.
Waar die teams upgrades als wapens gebruikten om hun voorsprong te vergroten, gebruikt McLaren ze als gereedschap om de auto te verfijnen. Het is een fundamenteel andere filosofie die alleen mogelijk is vanwege de dominante positie die ze momenteel hebben. Red Bull en Mercedes konden zich destijds geen weekenden veroorloven waarin ze potentiële performance op tafel lieten liggen, McLaren kan dat blijkbaar wel.
McLaren's unieke upgrade-strategie toont perfect aan hoe dominantie in de Formule 1-teams de luxe geeft om anders te denken. Waar concurrenten zich nog steeds in de traditionele upgraderace bevinden, kan McLaren zich veroorloven om met geduld door te ontwikkelen. Het is een tactiek die alleen werkt vanuit een positie van dominantie en die waarschijnlijk snel zou verdwijnen zodra de concurrentie dichterbij komt. Bijzonder is dat andere teams in het verleden een dergelijke tactiek nooit handhaafden.
Plaats reactie
0 reacties
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties